Omgekeerde osmose is de meest geavanceerde methode gebleken om zouten uit zeewater te verwijderen en de toegang tot schoon water te vergroten. Andere toepassingen zijn onder meer afvalwaterzuivering en energieopwekking.
Nu toont een team van onderzoekers in een nieuwe studie aan dat de standaarduitleg over hoe omgekeerde osmose werkt, die al meer dan vijftig jaar wordt geaccepteerd, fundamenteel onjuist is. Ondertussen hebben onderzoekers een andere theorie naar voren gebracht. Deze gegevens corrigeren niet alleen de gegevens, maar kunnen er ook voor zorgen dat omgekeerde osmose effectiever kan worden toegepast.
RO/omgekeerde osmose, een technologie die voor het eerst in de jaren 60 werd gebruikt, verwijdert zouten en onzuiverheden uit water door het door een semi-permeabel membraan te leiden. Dit membraan laat het water passeren en verontreinigingen tegenhouden. Om precies uit te leggen hoe dit werkt, gebruikten de onderzoekers de theorie van oplossingsdiffusie. Deze theorie suggereert dat watermoleculen oplossen en door het membraan diffunderen langs een concentratiegradiënt. Dat wil zeggen dat moleculen zich verplaatsen van gebieden met een hoge concentratie naar gebieden met minder moleculen. Hoewel de theorie al meer dan 50 jaar breed geaccepteerd is en zelfs in leerboeken is opgenomen, zei Elimelech dat hij er al lang twijfels over had.
Over het algemeen laten modellen en experimenten zien dat omgekeerde osmose niet wordt aangestuurd door de concentratie van moleculen, maar door drukveranderingen in het membraan.
Plaatsingstijd: 03-01-2024